COMPONISTEN EN COMPOSITIES
Gabriel Urbain Fauré (Pamiers 1845-Parijs 1924) was een van de belangrijkste Franse componisten van zijn generatie, samen met zijn tijdgenoten Claude Debussy en Maurice Ravel. 
Fauré studeerde aan de Kerkmuziekschool in Parijs, waar Camille Saint Saëns een van zijn leraren was. Hij werd daarna organist in verschillende Parijse kerken. In 1887 werd hij docent compositie aan het Conservatoire Nationale Superieur de Musique van Parijs en in 1905 directeur. Maurice Ravel was een van zijn leerlingen.
Jarenlang was Fauré verbonden aan de Parijse Madeleinekerk als koordirigent en organist. Hij schreef er zijn Requiem, dat tot zijn meest uitgevoerde werken behoort en hem beroemd maakte. De compositie van het Requiem is opgebouwd rond het overbekende Pie Jesu. Hij liet in de tekst de hardste woorden weg.
Over de dood zei hij: ”Het is een vreugdevolle bevrijding, een verlangen naar geluk aan de andere kant van het graf, eerder dan een pijnlijke ervaring.” Die hoopvolle, harmonische toon is in zijn Requiem duidelijk merkbaar. ”Mijn Requiem is zachtmoedig van temperament, zoals ikzelf.”
In zijn composities zocht hij naar een eigen stijl, een compromis tussen muzikale taal en vormgeving. Onder invloed van het Gregoriaans is zijn muziek ingetogen en fijnzinnig en vooral geschreven voor kleine bezettingen.
Zijn werken zijn zeer omvangrijk; hij schreef werken voor orkest, missen en geestelijke muziek, opera’s (o.a. Penelope, ook te beluisteren op YouTube), theatermuziek, kamermuziek en werken voor piano.
Het Ulfts Gemengd Koor zingt uit de geestelijke muziek van Fauré:
Cantique de Jean Racine:
“Woord, gelijk aan de Allerhoogste, onze enige hoop, eeuwige dag van de aarde en van de hemelen. Wij verbreken de stilte, Goddelijke Redder. Sla op ons uw ogen, Goddelijke Redder. Stort over ons het vuur van uw machtige genade. Dat heel de hel vlucht op het geluid van uw stem. Verbreek de slaap van een smachtende ziel, die haar voert tot het vergeten van uw wetten. O Christus, wees dit trouwe volk, dat zich heden heeft verzameld om zich aan U toe te wijden, gunstig gezind. Neem de gezangen aan die het U aanbiedt tot uw onsterfelijke glorie en uw gaven die het overvloedig teruggeeft.”
Riet K.