Begin mei j.l. hadden wij een familiereünie in Siegburg (D). Die gelegenheid grepen wij aan om wat langer in dat gebied te blijven. We zetten onze caravan neer op een camping nabij Königswinter en maakten schitterende fietstochten aan weerszijden van de Rijn, o.a. naar de Drachenfels, een enorme rots waarvan in het verleden grote delen zijn weggehakt om met de uitgehouwen stenen de Dom van Keulen te bouwen; naar het naast de Drachenfels gelegen Rhöndorf waar we het Adenauerhuis met zijn fraaie rozentuinen bezochten; naar Remagen waar in 1945 de Amerikanen de strategisch belangrijke brug wisten te veroveren die vervolgens enkele weken later door
overbelasting toch nog instortte (!); en naar Bonn, een mooie stad die tot aan de hereniging in 1990 hoofdstad van de Bondsrepublik Duitsland was.
Toen ik later dit alles aan mijn schoonzus vertelde, zei ze: “Dan heb ik dit boek voor jou! ‘De Rijn. Biografie van een rivier’, geschreven door Martin Hendriksma.” Ik heb dit boek met veel plezier gelezen, niet in de laatste plaats omdat het prachtig aansluit bij wat ik al wist over deze rivier die al van ouds één van de belangrijkste waterwegen in Europa is. Zo waren wij al eens om de Bodensee gefietst waar de Rijn dwars doorheen stroomt en we bezochten nogal wat steden die in de loop der eeuwen aan de Rijn zijn ontstaan zoals Konstanz, Basel, Straatsburg, Bonn, Keulen, Düsseldorf en Emmerich. En dan stuit je op iets merkwaardigs. Als de Rijn ons land binnenstroomt, heet hij al ongeveer 1000 km gewoon ‘Rijn’. Maar voordat hij in de Noordzee uitmondt, verandert hij bij ons nog wel 5 of 6 keer van naam! Dat zal wel het gevolg zijn van het
feit dat ons land eigenlijk één grote delta is waar in oude tijden zonder dijken de rivierloop nog al eens veranderde.
Maar wat weten we verder nog van onze nationale rivier die bij de Zwitserse Gotthardpas begint en meer dan 1300 km verder noordwaarts in de Noordzee uitmondt? De waterstroom leverde een schat aan verhalen op, b.v. over verdronken dorpen waarvan de kerkklokken, diep in het rivierwater, nog steeds luiden! Over monniken die opklommen tot wijnmagnaat. Over hoe de industrie de natuur de nek omdraaide terwijl de verantwoordelijke bestuurders wegkeken. De verhalen over schippers en soldaten brengen het Rijnwater tot leven. Natuurlijk lieten ook schilders zich niet onbetuigd. Eén van hen is Barend Cornelis Koekkoek, een Nederlander die in de 19de eeuw naar Kleef verhuisde en vele Rijntaferelen heeft geschilderd. Hij woonde in een prachtig stadspaleis en begon een eigen school die veel succes had, want hij had zelfs een vorstelijke klantenkring. Het museum B.C. Koekkoek-Haus is in Kleef nog steeds te bezoeken. Er zijn vele romantische Rijnschilderijen te zien. Minder romantisch en betoverend is het schilderij dat Joseph Beuys (1921 – 1986) over de Rijn schilderde: Een fles gevuld met gelig gekleurd vocht, getiteld Vervuild Rijnwater.
Van dat vervuilde Rijnwater hadden vooral de Rijnvissers veel last. Voorheen verdienden ze een goede boterham met de zalmvisserij, maar door de toenemende industrialisatie van vooral Frankrijk en Duitsland werd het water zo ernstig vervuild dat er bijna geen vis meer kon leven en al helemaal geen zalm. Gelukkig begint het tij inmiddels enigszins te keren. Ik heb van dit leerzame boek bijzonder genoten. Ik kan het iedereen aanbevelen. Voortaan kijk ik met andere ogen naar die grote stroom die de geschiedenis van landen, steden en mensen sinds de Romeinen bepaalt.
Siny Maathuis
Bron:
Siny geeft de pen door aan Tineke Meester |